Reisinspiratie voor luxe budgetreizigers

Porto, Portugal

Mijn perfecte dag tijdens een bezoek aan Porto

In Porto ben ik voor het eerst gaan experimenteren met het schrijven van reisartikelen. Daar schreef ik onderstaand verhaal over wat voor mij een perfecte dag in Porto zou zijn. Ik heb daar écht een heerlijke tijd gehad!


Met een diepe zucht zak ik in de fauteuil op mijn hotelkamer. Ik kijk naar buiten. Vanaf de 10de etage kan ik over de daken heen al de zee in de verte zien glinsteren. Ik pak mijn glaasje port dat ik al had ingeschonken. Deze port heb ik vandaag tijdens een portproeverij gekocht. Met mijn andere hand pak ik een stukje Portugese kaas dat naast een lekkere chocolade truffel ligt. Deze snacks heb ik nog even snel op de terugweg naar het hotel gekocht. Ik kon de verleiding niet weerstaan in de supermarkt van het grote warenhuis Corte D’Inglese. Ik leg mijn voeten op de salontafel en nip van de lekkere zoete port.  

Vanochtend wandelde ik na een heerlijk ontbijtbuffet in het hotel, heuvelafwaarts richting de befaamde Luis I brug. Deze brug, gemaakt door een volgeling van Eiffel, heeft als bijzonderheid dat het dubbeldeks is. Zowel vanaf de rivierkade beneden als 50 meter hoger bij het oude militair gebouw kun je de oversteek naar de overkant maken. Tussen de twee wegen is een halve cirkel van staal. Een fotogenieke stalen constructie dus. Net als alle andere toeristen maakte ik ook veel foto’s van deze bijzondere brug uit 1886.

Als ik over de brug loop, geniet ik van het uitzicht. De rivier is diep onder mij, de bootjes bewegen op het ritme van het water en ik kan bijna de zee zien. 

porto brug view

In het oude centrum van Porto loop ik door de vele smalle straatjes, die telkens weer uitkomen op andere pleintjes met restaurantjes en terrasjes. Her en der speelt er een muzikant, waardoor ik de verleiding niet kan weerstaan om één van de vele zonnige terrasjes uit te proberen. Ik bestel een kop thee met een lekkere pastel de nata erbij. Een typisch Portugese patisserie gemaakt van eierdooiers. De pastel de nata is lekker zacht en romig, de thee sterk en smaakvol. Het zonnetje schijnt op mijn gezicht en de muzikant zingt een romantisch nummer in het Portugees. 

Ik dwaal daarna nog wat meer door de straten. In de São Francisco kerk bewonder ik de vele houten standbeelden bedekt met goudverf. Een feest om te zien. Ook station São Bento met haar prachtig tegelwerk vind ik prachtig. Wonderbaarlijk hoe men hiervoor de tijd heeft genomen om deze tegelbeschilderingen te maken. De betreffende schilder is 10 jaar bezig geweest om de beschilderingen af te ronden. Ook voor La Borsa is de tijd genomen om het gebouw van allerlei bijzondere details te voorzien. De Arabische kamer was wel écht het hoogtepunt. 

Van al het wandelen begint mijn maag te knorren en ik besluit om het advies van de hotelreceptioniste op te volgen en een broodje bij Café Guedes te gaan halen. Volgens haar serveren ze hier de lekkerste broodjes met varkensvlees, vaak nog lauwwarm en liggend in een lekkere jus. Als ik bij het café aankom, vraag ik mij af of ik wel het goede café heb. Het ziet er niet erg toeristisch uit, zelfs wat vervallen.

De oude man achter de bar staat er wat vermoeid bij als ik de kaart bekijk. Ik besluit voor het eerste broodje te gaan dat op de lijst staat en daarbij een flesje water te nemen. Ik krijgt mijn bon met een nummer. Dan is het wachten in het kleine, donkere café. Nu pas zie ik dat er hier en daar al toeristen aan een tafeltje zitten, maar ik zie ook lokale bewoners genieten van hun broodje. Dan wordt mijn nummer in het Portugees omgeroepen en ik haal mijn broodje op. Vanaf het kleine terras buiten heb je goed zicht op wat er in het kleine park vlakbij gebeurt. Er is een rommelmarkt gaande. Mensen lopen af en aan. Links van mij is een oud vervallen gebouw vol met graffiti, terwijl rechts van mij de oude huizen trots hun mooie tegels laten zien. Het vlees op mijn broodje is supermals en zacht van smaak. Ik ben verbaasd dat zo’n simpel broodje, zo lekker kan smaken! Ik besluit nog een broodje te nemen, want over een uur word ik verwacht voor een port-proeverij en ik wil zeker zijn dat mijn maag niet té leeg is

Aangekomen bij Graham’s port lodge adem ik de rust in na mijn bezoek aan de drukke stad. De wandeling heeft mij door de smalle straatjes van Gaia naar de lodge gebracht. Onderweg passeerde ik verschillende andere portproducenten, en terwijl ik de klim omhoog maak naar de lodge van Graham’s vraag ik mij af waarom ik voor de verst gelegen portlodge heb gekozen. Als ik boven ben aangekomen en het prachtige uitzicht zie, dan weet ik het weer! Niet alleen is de lodge van Graham’s prachtig gelegen, het is ook een echt familiebedrijf.

Anna, die jou en enkele anderen rondleidt, vertelt vol trots over de familie en hoe het nog steeds een familiebedrijf is. De familie heet geen Graham meer, maar is Symington. Symington was ooit een oud-medewerker van Graham’s en diens kleinzonen hebben het bedrijf overgenomen. Ondertussen bezit de Symington-familie verschillende portmerken, waaronder Dow’s en Cockburn’s. Na een korte film over de familie, leidt Anna ons rond door één van de opslagplaatsen. Ze vertelt uitgebreid over het productieproces en hoe de rijping van port plaatsvindt. Ik krijg steeds meer trek in de drie glaasjes port die op mij staan te wachten.

Ik raakte gefascineerd over hoe men op simpele wijze de temperatuur en luchtvochtigheid regelt in de opslagplaats. Het zand op de grond wordt nat gemaakt als het té warm dreigt te worden, hierdoor ontstaat er een natuurlijke hogere luchtvochtigheid waardoor de ruimte afkoelt.

Als ik later aan Anna vraag waarom de bedrijven nog steeds hier in Gaia zijn gevestigd, in die onhandige smalle straten en in oude schuren, vertelt ze dat het een traditie is. Het woord traditie komt sowieso vaak voor in haar verhaal. De traditionele wijze van plukken, met de hand, het bewaren van de beginnende wijnen in vaten en de ambacht van het maken van de tonnen zijn zaken die zij als jonge medewerker van Graham’s vaak naar voren brengt. En met spijt geeft ze aan dat in de toekomst deze traditionele wijze van werken zal moeten worden losgelaten, omdat er geen mensen meer zijn die dit werk willen doen. Ik denk nog wat na over haar verhaal, terwijl ik de grote ruimte binnenloop waar de proeverij gaat plaatsvinden.

Ik neem plaats achter één van de tafels en voor mij staan drie mooie flessen en drie glazen met port. Anna legt uit welke glazen bij welke fles horen, en geeft ons ruim de tijd om te proeven. De eerste port proefde wat zurig, de tweede was al lekker zoet, maar de derde – de tawny van 10 jaar oud was het lekkerst. Niet té zoet voor mij en het leek een complexere smaak te hebben. Ik weet eigenlijk niet eens wat ik precies proefde, maar het had wel een ietwat houterige smaak.

Grahams port porto

Na de proeverij loop ik nog wat meer door de smalle straatjes van Gaia en zie onder andere hoe een grote tankwagen een scherpe hoek in een smal straatje probeert te maken. Wat een rijkwaliteit van deze kleine man in zijn grote vrachtwagen. De auto’s achter hem wachten rustig als hij verschillende keren moet steken voordat hij de scherpe bocht heeft kunnen nemen.

Tijdens mijn omzwervingen door Gaia, aan de andere kant van de rivier, kom ik terecht in Parque Quinta das Devesas ofwel de Camelia-tuin. Een tuin vol met verschillende soorten camelia’s, die in het voorjaar prachtig tot bloei komen. Nu zijn slechts enkele van de prachtige bloemen te zien, maar hun plaats bij een oud en vervallen landhuis is idyllisch. Ik blijf nog even rondhangen en neem plaats op één van de bankjes. Ik voel me nog een beetje rossig van de port die je hebt geproefd. 

Ik besluit dat het tijd is voor een avondmaal en daarvoor wandel ik naar Afurada, een oud vissersdorp langs de Douro vol met visrestaurantjes. Vlak aan de kade zijn een aantal restaurantjes, maar ik besluit de zijstraatjes in te gaan. Helemaal achterin is restaurant Casa Futevol Clubedo Porto Dragoes Afurada. Dit restaurant wordt gerund door alleen maar vrouwen.

Ik neem plaats en het lijkt mij een typische Portugese plek. Ik zit naast een Portugees gezin dat druk met elkaar aan het praten is. Ik versta ze niet, maar er wordt geanimeerd gesproken en men praat door elkaar heen. Aan de andere kant zitten twee oudere dames met een keurig gekapt kapsel, make-up, mooie kleren en een glas bier tussen hen in. Verderop zie ik een man met waarschijnlijk zijn vader in alle rust eten. Uiteindelijk kies ik voor een mix van garnalen en witvlees en een glas vino verde. Als de vis op tafel komt, is het heerlijk mals en zacht van smaak. De garnalen zijn heel groot en lekker sappig. De vino verde is licht van smaak en heeft bubbeltjes.

Mijn voeten zijn moe, maar ook tevreden. Deze maaltijd is een mooie afsluiter van de dag. Inmiddels is het al laat geworden en ik heb geen zin om helemaal terug te lopen naar mijn hotel bovenop een heuvel in Gaia. Ik vraag de dame die mij heeft bediend of ze een taxi weet. Even later komt een vriendelijke man met auto aanrijden. Hij vraagt of ik naar Corte d’Inglese wil en ik besluit dat dat een goed idee is. Hij zet mij daar af, en ik loopt de grote luxueuze supermarkt van het warenhuis in. Snel heb ik gevonden wat ik zocht. Met vermoeide voeten en een tas vol lekkernijen loop het ik laatste stukje terug naar het hotel.

Ik staar vanuit mijn fauteuil naar buiten. Ik zie de zeemeeuwen door de lucht glijden. Dit was nog maar dag één in Porto, wat zal dag twee gaan brengen?

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Translate »
error: Content is protected !!