Assen, de hoofdstad van Drenthe, is een verrassend gemoedelijk en toch levendige stad.
Het begint al bij het treinstation. Wie uit de stationshal wandelt, ziet gelijk een zes meter hoog standbeeld van een hond. Het is Mannes, die je als gastheer van Assen opwacht. Hij staat voor ‘welkom thuis’ en wacht trouw op je terugkeer nadat je bent vertrokken.
Vervolgens wandel je vanaf het treinstation in slechts enkele minuten naar het stadscentrum. Onderweg passeer je grote villa’s uit de Jugendstil periode.
Kom je met de auto, dan kun je die prima kwijt in één van de vele parkeergarages rondom het centrum. Parkeer je de auto in de parkeergarage van het Drents Museum, dan sta je gelijk midden in het hart van Assen met al haar historische gebouwen.
Inhoud
Bewegwijzerde stadswandeling
Tijdens mijn bezoek heb ik de bewegwijzerde stadswandeling Stad der paleizen gelopen. Deze 3 kilometer lange wandeling neemt je mee langs de mooiste plekken van de stad. Je maakt kennis met diverse paleizen uit de 19e en 20e eeuw, maar ook met de vaart die vanuit het veengebied naar de stad liep. Tot mijn verrassing werd ik ook nog getrakteerd op enkele mooie stadsparken. De bezienswaardigheden die ik hierna beschrijf, kom je allemaal tegen tijdens deze stadswandeling.
Standbeeld van Bartje
Bartje is de hoofdpersoon uit het gelijknamige kinderboek van Anne de Vries. Bij de vijftigste verjaardag van de schrijver in 1954, werd hij samen met de auteur geëerd door middel van een standbeeld. Het originele kalkstenen beeld, van de hand van Suze Boschma-Berkhout, staat in het stadhuis. Buiten bij de singel, vlak naast de ingang van het Drents Archief staat een kopie. Voor wie het niet weet, personage Bartje is vooral bekend van zijn uitspraak: ‘Ik bid nie veur bruune boon’n’ ofwel ‘ik bid niet voor bruine bonen’.
Landgoed Overcingel Park
De ontvanger generaal van de belastingen in Drenthe, Mr. Johan van Lier, bouwde rond 1778 een statig landhuis. Enkele jaren later werd er een enorm Engels landschapspark aangelegd, waardoor het een écht landgoed werd. Het landgoed is tot 2019 in handen van de familie gebleven. Daarna is het geschonken aan het Drents Landschap.
Je kunt het landgoed gratis bezoeken met een speciale wandelkaart. Deze kun je bij het kantoor van Drents Landschap (Kloosterstraat 5) afhalen. Voor de wandelkaart wordt een vrijwillige bijdrage van 1 euro gevraagd. En dat kleine bedrag mag gerust iets meer zijn, want het landgoed is werkelijk prachtig.
Het grootste poppenhuis van Nederland
Met deze stelling lokt het Drents Museum je naar binnen bij het ontvangershuis. In dat gebouw word je door een aantal prachtige periode kamers geleidt. De kamers laten zien hoe rijke lieden leefden aan het einde van de 18e eeuw.
Tijdens je rondgang kun je je digitaal laten vergezellen door een karakter. Je kunt kiezen voor de eigenaar Johannes van Lier, inderdaad die van landgoed Overcingel, zijn dochter, de huishoudster of de tuinman en koetsier. En dan is er ook nog de kokkin en de jongste zoon van Johannes die je wel willen meenemen door hun huis. Persoonlijk vond ik de vertellingen ietwat langdradig en ben ik afgehaakt na de eerste kamer. Ik ben vervolgens op eigen gelegenheid door de kamers gegaan.
De inrichting is erg interessant. Het zit vol kleine details waarbij een uitleg wordt gegeven en de kamers zijn superfotogeniek. En overal tref je dagelijkse voorwerpen aan uit die tijd, waardoor het lijkt alsof de familie Van Lier net de kamer heeft verlaten.
Het entreebewijs voor het Drents Museum is ook het entreebewijs voor dit poppenhuis.
Drents Museum
De grote verrassing voor mij was het Drents Museum. Voor mij ontkrachtte het museum definitief het beeld dat Drenthe maar een arme provincie is met weinig kunst.
Niet alleen vind je in het museum de geschiedenis van Drenthe, maar ook een prachtige kunstcollectie van voornamelijk werken van rond 1900.
Tijdens mijn bezoek werd er nog heftig verbouwd, maar vanaf oktober 2024 is het museum weer volledig geopend. Vanaf dan zijn er ook enkele schilderijen van Van Gogh te bewonderen. Schilderijen die hij in Drenthe heeft gemaakt.
Historische begraafplaats
De begraafplaats, die zich aan de rand van het Asserbos bevindt, werd opgericht in 1823. Zij is daarmee een van de oudste begraafplaatsen in Assen. Je vindt er diverse grafmonumenten van onder andere bekende Assenaren zoals Adriaan Feith (1874-1944). Hij was schrijver, historicus en journalist. De begraafplaats bevindt zich langs de route van de wandeling Stad van Paleizen.
In de omgeving van Assen
Vanuit Assen kun je heel gemakkelijk diverse andere bezienswaardigheden bezoeken. Denk daarbij aan Veenhuizen met haar Kolonie van Weldadigheid. Maar ook TT Assen, kamp Westerbork en zelfs de stad Groningen ligt op een steenworp afstand van deze Drentse hoofdstad.
Al deze bestemmingen zijn dan ook prima met openbaar vervoer vanuit Assen te bereiken.
Een andere optie is om een fietstocht te maken in de omgeving, bijvoorbeeld langs de Drentse hoofdvaart. Op de foto hieronder kun je zien dat er genoeg te beleven is onderweg.
Eten en drinken
In Assen vind je goede, maar geen hele bijzondere restaurants. Althans, ik heb ze niet ontdekt. Aanrader voor lunch is Grandcafé Liff, deze bevindt zich in hartje centrum en is enorm populair bij lokale bewoners. Ik persoonlijk vind Jut en Jul lunch en woonwinkel ook een bijzonder leuk en lekker plekje.
Hoe kom je in Assen
Kom je vanuit de randstad naar Assen, dan raad ik je aan om er te blijven overnachten. Vanuit Rotterdam ben je toch zo’n 2,5 uur onderweg. Vanuit Arnhem reis je in iets minder dan 2 uur naar Assen.
En wie de tijd heeft, kan een rondje Assen, Groningen en Leeuwarden maken en op die manier de drie provinciale hoofdsteden van Nederland bezoeken. Natuurlijk kun je een bezoek aan Assen ook koppelen aan een verblijf dicht bij Nationaal Park Dwingelderveld. Even lekker wandelen over de enorme heidevelden. Ofwel maak van een dagje Assen, een weekendje Noord-Nederland.
Ben je op zoek naar meer inspiratie voor dagjes uit in Nederland, bekijk dan mijn bestemmingspagina Nederland (inclusief wandelingen).
Geef een reactie