Reisinspiratie voor luxe budgetreizigers

Uncategorized

Hondsrugpad of Hünenweg deel 2 – Van Klazienaveen naar Herzlake

Nadat we in mei van Groningen naar Klazienaveen zijn gewandeld (zie verslag deel 1) pakken we in juni de Hünenweg weer op. Dit keer wandelen we in 5 dagen van Klazienaveen naar Herzlake in Duitsland.

In eerste instantie wilden we nog een of twee dagen langer doorgaan, maar vanwege Pinksteren moesten we eerder stoppen. Er reden namelijk geen bussen op zondag in afgelegen plaatsen als Berge en Bippen, waar de route ons naartoe zou brengen.

Toch hebben we een mooie afstand afgelegd door een gevarieerd landschap.

Dag 1 Klazienaveen naar Weiteveen (19 km )

We beginnen onze eerste wandeldag precies op dezelfde plek als waar we de vorige keer zijn geëindigd, bij bushalte Kazerneweg. We lopen eerst weer een stukje door het Oosterbos en komen dan uit bij het Scholtenskanaal.

Klazienaveen is vernoemd naar de vrouw van de Groningse industrieel Scholten, naar wie weer het Scholtenskanaal is vernoemd. Hij begon in de 19e eeuw met de ontginning van het veen in deze omgeving.

We steken het Scholtense kanaal over met een voetpontje en zien dan hoe een mooie boot uit Friesland de bocht richting het Koning Wilem Alexander kanaal maakt. De brugwachter doet voor hem de oude trambrug omhoog, waarover vroeger de tram naar Erica reed.

Vervolgens wandelen langs een industriegebiedje en langs weilanden, die dicht tegen de A37 aanliggen. Hoogtepunt op dit ietwat saaie stukje zijn de 3 kamelen die we in een weiland ontspannen zien liggen herkauwen.

Eén en ander verandert als we de Verlengde Hoogeveensevaart oversteken. Een oude vaart waarlangs grote eikenbomen staan die elk moment in het water dreigen te vallen.

Daarna wandelen we het voormalige Bourtanger Moor in. Dit veengebied strekte zich uit van Groningen tot en met Twente en tot in de 19de eeuw mocht er hier niet ontgonnen worden. Het gebied moest ontoegankelijk blijven als bescherming tegen mogelijke invallen vanuit het hedendaagse Duitsland. Alleen bij Hardenberg kon men via de Vecht of via Veenbrugge Nederland binnenkomen. Ook bij Bourtange in Drenthe was een kleine doorsteek en anders was het omreizen via Hengelo.

Nadat het veengebied was ontgonnen bleef het er wat verlaten bij liggen. Het gebied was nog steeds te nat voor landbouw, omdat aan het begin van de 20ste eeuw alleen nog maar de bovenste veenlaag werd afgegraven. Hiervan maakte men turfstrooisel voor in stallen en in de tuin. In de ovens en kachels ging steeds vaker steenkool en petroleum. Nu, in de 21ste eeuw zetten diverse natuur- en landschapsorganisaties zich in om het voormalige veengebied weer tot leven te wekken. Dit omdat veengebieden opslagplaatsen zijn voor CO2 en daar kunnen we nog wel wat meer van gebruiken.

Voordat we echt het veengebied ingaan, wandelen we nog langs diverse akkers met geurige rozen (zonder doorns) die volop staan te bloeien. Ze zien er prachtig uit.

Vervolgens maken we kennis met de voormalige bewoners van het Zwartemeer. Dit gebied kwam droog te liggen toen het eerder genoemde Hoogeveense kanaal werd gegraven. Het water stroomde toen weg en het meer droogde grotendeels op. Er vestigden zich daarna diverse bewoners waaronder boekweitboeren. Die zijn inmiddels ook alweer vertrokken, maar diverse informatiebordjes vertellen ons over wie waar en wanneer heeft gewoond.

Het voormalige Zwarte Meer is nu een bufferzone die ervoor moet zorgen dat het Bargerveen over voldoende grondwater beschikt, zodat het veen daar kan blijven groeien. Tegelijkertijd zorgt deze bufferzone ervoor dat de weilanden van de boeren aan de rand van het veengebied niet te nat worden.

Tot aan Weiteveen lopen we door diverse veenlandschappen. Van hele natte gebieden tot gebieden die zo droog zijn dat er gras groeit. En mijn ogen dwalen steeds weer naar de vele wuivende veenpluis in het landschap.

Net voor Weiteveen maken we kennis met enkele van de ruim 1000 schapen die in dit gebied rondlopen. Bij heuvel Peelzicht eindigen we onze wandeling van die dag. Deze heuvel is vernoemd naar de familie Griendt, die vanuit Brabant naar Zuidoost-Drenthe kwam om veen af te graven voor haar turfstrooiselfabrieken. Later ontginde deze familie ook veen in Duitsland en Verenigd Koninkrijk.

Deze eerste avond overnachten we bij het Veenloopcentrum in Weiteveen. In de voormalige pastorie naast de RK-kerk bevinden zich nu 4 kamers die worden verhuurd. Verder is er een grote zaal waar ’s ochtends het ontbijt wordt geserveerd. Deze overnachtingsplaats wordt draaiende gehouden door vrijwilligers en wie er doordeweeks slaapt, kan met een beetje geluk ook nog wat sportende ouderen of een bingo meemaken. Het is duidelijk, de inwoners van dit kleine dorp met haar 1500 inwoners zitten niet stil.

Dag 2 Weiteveen naar Rühlerfeld (23km)

Na een heerlijk ontbijt bedanken we de lieve vrijwilligers van het veenloopcentrum en wandelen terug naar uitkijkpunt Peelzicht.

De etappe van vandaag hebben we omgedoopt tot een ‘marsdag’. Dit omdat we vooral veel rechte stukken door het veen zullen wandelen. Eerst maakt de route nog een klein ommetje ten zuiden van Weiteveen, maar daarna keren we terug het Bargerveen in.

Bij het granieten monument slaan we rechts af. Het monument herinnert eraan dat in Nederland in 1992 de turfwinning formeel is gestopt.

Als we de grens met Duitsland zijn overgestoken, zien we dat in Duitsland nog steeds veen voor tuinaarde wordt afgegraven. Ergens tijdens de wandeling leren we dat de concessies in 2024 zouden zijn afgelopen, maar het ziet ernaar uit dat een aantal van hen nog zijn verlengd?

Aan de rand van Schöninghsdorf, vernoemd naar een pastoor, komen we een oude locomotief met wagons tegen op een klein stukje kleinspoor. De bewoners van het dorp hebben er vlakbij nog een schuilhut gemaakt van een oude tramwagon. En dan staat om de bocht nog een schuilhut. Deze is geplaatst door de samenwerkende organisaties achter het Hondsrugpad.

Door al die schuilhutten zijn we even van slag en lopen we verkeerd. Maar we merken de fout snel en een lokale bewoner wijst ons weer de juiste kant op. We zijn het veengebied uit en lopen nu langs weilanden en bossen, totdat we de grote weg moeten oversteken om bij het belevingspad van het Provinzialmoor uit te komen.

Het pad leidt ons langs informatieborden over dit veengebied en hoe de rehabilitatie in zijn werk gaat. Daarna kunnen we weer verder marcheren omdat de weg alleen maar rechtdoor gaat over een soort van dijk. We komen in een goed ritme en in een meditatieve toestand.

Onderweg moeten we nog wel twee keer uitwijken voor een oliewinningslocatie. We zijn verrast dat zo dichtbij over de grens met Nederland, al olie is te vinden. En blijkbaar wordt er nog steeds olie gewonnen, want beide olieputten waren in onderhoud.

Tijdens het lopen zien we dat naast ons op de dijk restanten van het 19de eeuwse smalspoor liggen. Dat spoor werd gebruikt om het afgegraven veen af te voeren naar grote verzamelplaatsen of fabrieken.

Tot slot duiken we nog even het Fullener Wald in. Dit bos is aangelegd op het afgegraven witte veen. Eerst heeft men het zover ongeploegd, dat er een mengsel van zand en veen ontstond, en daarna zijn er allerlei soorten boomzaden geplant. Ook is er lupine en johannesrogge gezaaid om de bodem te verrijken en te voorkomen dat er teveel onkruid opkomt die de groei van deze bomen kon belemmeren. En zie daar, 40 jaar later, een ontzettend mooi bos.

Midden in het bos is het einde van de officiële etappe. In de omgeving zijn geen overnachtingsplaatsen en we doen niet aan wildkamperen, dus wandelen we nog zo’n 4 kilometer door naar Rühlerfeld.

En die extra kilometers zijn absoluut geen straf, want hierdoor zien we nog wat meer van het prachtige veenbos en doorkruizen we een mooi stukje veengebied. Aan de rand van het dorp komen we als extra beloning ook nog langs een enorme velden met in allerlei verschillende kleuren bloeiende rododendrons.

In Rühlerfeld nemen we de bus naar Meppen. En eenmaal aangekomen in Meppen lopen we gelijk door naar Camping Knaus. Een camping aan de rivier Ems, middenin de stad. Hier blijven we 4 nachten slapen in een woonwagen.

Meppen is trouwens een goede uitvalsbasis voor de aankomende wandelingen, want deze stad met haar ruim 38.000 inwoners ligt op een verkeersknooppunt waardoor je ook met OV goed de diverse plaatsen langs de Hünenweg kunt bereiken. Althans, door de week, want in het weekend zijn er beperkte busdiensten en op zondag rijdt er eigenlijk helemaal geen bus.

Dag 3 Rühlerfeld naar Meppen (23 km)

De derde dag begint niet geweldig. We missen de bus. Door werkzaamheden is de bushalte vervallen en dat hadden we niet op tijd door. Dus wachten we een uur op de volgende bus en gebruiken de tijd om wat rond te lopen door Meppen centrum. We bewonderen haar mooie oude raadshuis en enkele kerken van buiten. Het oude centrum dat meer nieuw dan oud is, wordt gedeeltelijk omringd door een vestingwal, welke nu fungeert als een verhoogd wandelpad omringd door bomen.

Als we uiteindelijk aankomen in Rühlerfeld wandelen we eerst weer 4 kilometer naar het eindpunt van gisteren. Gelukkig is het een  mooie wandeling.

Met het oppakken van de oorspronkelijke route, verlaten we het veenbos om over met bomen omzoomde paden door het Duitse landbouwgebied te wandelen. Hier is goed te zien dat grote delen van het veen dat industrieel was ontgonnen, is omgezet naar grootschalige landbouwakkers. De boerderijen zijn groot, net als de bijbehorende stallen.

Als we de snelweg zijn overgestoken, komen we bij een naamloos gemeenschapje aan. Kort daarna doorkruizen we een industrieterrein en ontdekken we dat de route is geblokkeerd. De weg is nu onderdeel van een enorm bouwterrein voor de realisatie van distributiecentrum. Het lijkt erop alsof de weg definitief is afgesloten.

Als we ons langs het hekwerk hebben gewurmd en de weg vervolgen, komen we weer bij een wegblokkade. Nu omdat er een elektriciteitsmast wordt geplaatst in het weiland ernaast. Weer maken we ons smal om langs de hekken te komen.

Deze dag is niet alleen een wandeldag met obstakels, maar ook met regen. De hele tijd miezert het net wel, net niet. De paraplu gaat dan ook regelmatig open en dicht. Onze boterhammetjes eten we onder een bossage al zittend op een stapel betonnen duikers.

Het wordt ons duidelijk, een wandelvakantie bestaat niet alleen uit mooi weer en mooie landschappen.

Na Versen wordt de wandeling gelukkig mooier qua natuur.

Het is duidelijk dat we nu in een rivierlandschap zijn, waar oude rivierarmen in ere worden hersteld. We nemen een kijkje bij een oude sluis en lopen dan langs het water richting de grote Ems.

Daar aangekomen, duiken we het bos in.  Het is voornamelijk een dennenbos geplaatst op een glooiend landschap. In onze optiek maken we wat onnodige extra meters, zodat we kennis kunnen nemen van het enorme openluchttheater aan de rand van Meppen, welke vanaf de weg eigenlijk niet te zien is.

Daarna brengt de route ons weer naar de oever van de Ems. Hier kuieren we over fietspad, dat ook een voetpad is, richting Meppen. Enorme eikelbomen sieren het pad langs het water. En de achterop komende fietsers waarschuwen ons netjes met hun fietsbel.

En zo arriveren we terug in Meppen, waar we onze vermoeide voeten rust geven op het balkon van ons tijdelijk huisje.

Dag 4 Meppen naar Haselünne (26 km)

Op deze dag lopen we de langste etappe van het Hondsrugpad ofwel de Hünenweg. Volgens het boekje is de afstand 23,9 kilometer. Toen we na een dag wandelen aankwamen bij café restaurant Zur Ziegentränke in Haselünne, hadden we echter 26 kilometer gelopen. Een beetje meer dan het wandelboekje aangaf.

We vertrekken vanaf onze stadscamping en maken als eerste kennis met de Oostfriese Höltingmühle. Deze staat daar al sinds 1960 te stralen omringd door twee riviertjes. Een vrij nieuwe molen dus ter nagedachtenis aan één die er vroeger heeft gestaan.

Vanaf hier begint onze tweedaagse wandeling langs de rivier Hase. De naam Hase verwijst niet naar haas, maar vermoedelijk naar een oud-Germaans woord voor grijs. Wij moeten ook denken aan het Engelse ‘haze’ wat nevelig betekent.

We staan stil bij een informatiebord dat vertelt over de vroegere ijzersmelterijen die hier langs het water stonden. Niet alleen werden in deze smelterijen lokaal gewonnen ijzeroer gebruikt, maar ook ijzeroer afkomstig uit Nederland.

Dan volgt de kennismaking met een uit twee delen beslaande sluis. Deze stamt nog uit 1830 en moest de Hase met de Ems verbinden voor de scheepsvaart. Naast deze oude sluis is het stadsmuseum van Meppen.

Na de sluis slingeren we met de Hase mee door het landschap. We genieten van het landschap met haar enorme bomen langs de rivieroevers. We zien Ikea-runderen (je weet wel van die bekende foto) en passeren een hoge zandwal. Hier zou vroeger een vesting van Karel de Grote hebben gestaan. Hij bouwde de vesting nadat hij de Sachsische vorst Widukind had verslagen.

In Bokeloh werpen we een blik in de oude kerk, die op een mooie heuvel langs de rivier staat. Volgens het routeboekje is deze kerk de oudste van Emsland. We lezen daarin ook over schilder Otto Pankok die in dit dorp was ondergedoken tijdens WOII. Een inspirerende plek om onze lunch te nuttigen.

We vervolgend onze weg nog een tijdje langs de Hase en maken daarna een bocht weg van de rivier. De route neemt ons mee door weilanden en we zien grootschalige akkerbouw en vermoedelijk ook wat veestallen.

Als we de brug van het riviertje Mittelrade zijn overgestoken, wandelen we weer even langs de Hase. We verlaten de rivier dan nog een keer om richting Huden te lopen.

Als we dit plattelandsdorp hebben verlaten, belanden we weer in agrarisch Emsland.

Na een productiebos met dennenbomen, komen we uit op een industrieterrein om daarna weer langs de rivier Haselünne binnen te lopen.

In het dorp ploffen we met onze pijnlijke en vermoeide voeten neer op het terras van het eerder vermelde café restaurant. Als we met onze bankpas willen betalen voor onze pizza en twee drankjes, wijst de gastvrouw erop dat ze alleen contant geld accepteert. Wetende dat je in Duitsland niet altijd met je bankpas kunt betalen, hadden we gelukkig al contant geld in onze portemonnee gezet.

Vanuit Haselünne nemen we de bus terug naar Meppen.

Dag 5 Haselünne naar Herzlake (12,5 km)

Het was de bedoeling dat deze laatste dag een rustig dagje wandelen zou worden, maar dat werd het niet.

De dag begint wel gemoedelijk wanneer we vanuit Meppen met de bus terugreizen naar Haselünne. De naam van dit dorp verwijst naar de rivier en naar de doorwaadbare plek die met behulp van ronde palen (lunni) was verstevigd.

Het dorp met haar 13.000 bewoners staat vooral bekend om de lokatie van een divers aantal drankproducenten. Zij produceren in Haselünne vooral ‘apfelkorn’. Een jenever gemaakt van graan en appels. In Haselünne vind je ook diverse Burgmannshofe (huis van een landheer), zoals Hof von Dwingelo. Zal dit huis nog een link met Dwingeloo in Drenthe hebben?

Bij het verlaten van Haselünne stuiten we eerst op een geweldig kunstwerk gemaakt van metaal. Vooral de billen van deze persoon op zijn fiets, roept een reactie op bij mijn partner.

Vanaf hier vervolgen we onze reis langs de Hase en komen uiteindelijk terecht in een veld met een grote hoeveelheid jeneverstruiken. Het is een boeiend gebied met veel heuveltjes en loslopende paarden.

Na dit kleine hoogtepunt wandelen we verder, vrijwel continu langs de Hase of in ieder geval dichtbij. We genieten van de mooie velden, lezen enkele informatieborden die meer informatie geven over de lokale flora en fauna. We verkennen een educatief beverpad, maar zagen geen bewijzen van bevers. Hun aanwezigheid in dit gebied hebben we al wel eerder gezien. Regelmatig kwamen we langs een boom of boomstronk waar duidelijk een bever aan hadden geknaagd.

Terwijl we langs de rivier wandelen, moeten we enkele keren over een hek klimmen. Dit omdat er langs de rivier schapen worden geweid. Op enkele borden lezen we dat er honden worden gebruikt om de schapen te bewaken. Als tip krijgen we mee dat we niet te dichtbij moeten komen en de honden vooral niet moeten aankijken.

Als we op een gegeven moment weer een hekje overklimmen en op een vrij smalle strook langs de rivier wandelen, zie ik in de verte schapen. Een gewaarschuwd mens telt voor twee, dus ik stel voor dat we aan de andere kant van de afrastering met het naastgelegen bosje gaan lopen. Op die manier verstoren we de schapen niet. Tegelijkertijd moest ik ook denken aan de ontmoetingen met de schaapshonden in Marokko.

En gelukkig maar dat we dit hebben gedaan, want toen we de kudde naderden, begonnen twee enorme honden te blaffen. Ze waren zo groot als een St. Bernhardhond of een Deense dog. En ze kwamen recht op ons af, maar gelukkig was daar het hek tussen hen en ons. Ogenschijnlijk kalm wandelen we verder, maar mijn hart bonst in mijn keel. Wat als ze over het hek zouden springen? Eén van de waakhonden blijft ons nog een tiental meters volgen nadat we de kudde met schapen hadden gepasseerd. En wij ondertussen maar een weg zoeken tussen de bosschages en langs de randen van maisvelden.

Op een gegeven moment is er genoeg afstand tussen ons, de honden en de schapen. We klimmen weer over de afrastering en vervolgen onze weg langs de Hase naar Herzlake. Eerst passeren we de achterkant van chique huizen met enorme terrassen uitkijkend over de rivier.

Daarna volgen de wat meer normalere woonhuizen. Ondertussen moeten we onze voeten goed optillen, want het is wel ietwat behelpen om door het grof gemaaide hoge gras te lopen. Uiteindelijk bereiken we de brug en kunnen we de laatste meters afleggen naar het centrum van Herzlake.

Het kleine plaatsje met zo’n 4500 inwoners is duidelijk een plek waar je vooral heengaat om boodschappen te doen. Aan de rand van de stad is een groot winkelcentrum en vrijwel alle gebouwen ogen modern. Een stuk minder charmant stad dan Haselünne en Meppen zo op het eerste oog.

Bij bovenstaand standbeeld eindigen we formeel onze etappe voor die dag en onze tweede wandelweek. We zijn moe van de toch wel lange en pitte wandelingen over oneffen terrein. Mede ook omdat we door het wat slechter weer, minder vaak een pauze hebben genomen en dat merken we aan ons lichaam.

Na een lekkere thee met een enorm stuk gebak bij de lokale bakker, pakken we de bus naar Haselünne en stappen daar over op de bus naar Meppen.

Tot slot

En daarmee komt een einde aan onze kort week wandelen en dus deel 2 van de Hünenweg. Op naar deel 3 waarin we zullen doorwandelen naar het Teutoner Wald en eindigen in Osnabrück.

Voor meer informatie over deze wandelroute, bezoek de Hünenweg-website. Hier vind je ook de omleidingen

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Translate »
error: Content is protected !!